Amsterdam

Amsterdam is de (titulaire) hoofdstad en naar inwonertal de grootste gemeente van Nederland. De stad, in het Amsterdams ook Mokum genoemd (afkomstig uit het Jiddisch), ligt in de provincie Noord-Holland, aan het IJ en de monding van de Amstel. Amsterdam dankt zijn naam aan de ligging bij een in de 13e eeuw aangelegde dam in de Amstel. De plaats kreeg kort na 1300 stadsrechten en groeide in de Gouden Eeuw uit tot een van de belangrijkste haven- en handelssteden ter wereld. Een toestroom van buitenlanders uit vooral de Zuidelijke Nederlanden, Duitsland en de Scandinavische landen leidde vanaf het eind van de 16e eeuw tot stadsuitbreidingen, waaronder de laatste grachten van de fortificatie die nu als grachtengordel bekend is en in 2010 is toegevoegd aan de UNESCO-Werelderfgoedlijst. Bezienswaardigheden zijn het Rijksmuseum, het Stedelijk Museum, het Van Gogh Museum en Het Scheepvaartmuseum, het Anne Frank Huis, het Concertgebouw, Muziekgebouw aan 't IJ, Bioscoop en Film Instituut EYE, dierentuin Artis, de Wallen en voor buitenlandse bezoekers de coffeeshops. Amsterdam heeft twee universiteiten en meerdere hogescholen. Op 31 maart 2015 telde de gemeente Amsterdam 825.080 inwoners. De gemeente telt de meeste verschillende nationaliteiten ter wereld. De stad is bestuurlijk onderverdeeld in zeven stadsdelen. De stad kent talloze buurten en wijken waaronder de internationaal bekende Jordaan.

Stad De bewoningsgeschiedenis van Amsterdam begint ruim 4600 jaar geleden aan het eind van de Nieuwe Steentijd. Opgravingen uit de periode 2005-2009 onder Damrak en Rokin brachten gebruiksvoorwerpen en botten van gebruiksdieren uit die periode aan het licht.[7] Omstreeks het jaar 1000 werd het moerassige gebied, toen Aemestelle genoemd, vanuit de Utrechtse regio ontgonnen. Vanaf verschillende bestaande veenstromen werden aan weerszijden afwateringssloten gegraven en ontstond een boerengemeenschap van landontginners, zoals ook elders in het veengebied tussen het Gooi en de Hollandse duinen. Toen het veen als gevolg van ontwatering begon in te klinken moesten dijken worden aangelegd om het inmiddels lager gelegen land tegen het water te beschermen.[8] In de 13e eeuw leidde dit tot aanleg van dijken langs de Zuiderzee en het IJ zoals de Spaarndammerdijk en Diemerzeedijk. In de monding van de Amstel werd, vermoedelijk kort na de overstromingen van 1170 en 1173, de dam aangelegd waar Amsterdam zijn naam aan ontleent.[9] Een deel van de Amstel zou gegraven kunnen zijn. Het deel van de rivier buitengaats, het Damrak, was het begin van de Amsterdamse haven. De rivier aan de andere kant van de Dam werd, deels drooggelegd, het Rokin. Begin 20e eeuw zijn restanten van die dam aangetroffen op de plek tussen het Nationaal Monument en het gebouw van De Bijenkorf. De Oude Kerk is het oudste nog bestaande gebouw van de stad De oudste vermelding van Amsterdam is in een document van 27 oktober 1275, waarin graaf Floris V de bewoners tolvrijheid verleent. Over de precieze datum waarop Amsterdam stadsrechten verkreeg is onzekerheid. Een van de mogelijkheden is dat de Utrechtse bisschop Guy van Avesnes de plaats in 1301 stadsrechten heeft verleend, dit omdat hij in een handvest uit die tijd spreekt over 'onsen poiteren van Aemstelredamme' (Onze poorters van Amsterdam). Hij noemt de burgers expliciet 'poorters', hetgeen erop wijst dat er stadsrechten waren vergeven

Doch over het exacte tijdstip van de toekenning is weinig meer te zeggen dan dat het tijdstip rond of kort na 1300 ligt. Spoedig daarna volgde de tol op bier. De contacten rond de bierhandel met Hamburg waren de springplank voor de Oostzeehandel en het begin van Amsterdam als handelsstad. In de 15e eeuw was Amsterdam gegroeid tot de belangrijkste handelsstad van Holland. Bij uitbreiding van de stad werden ringvormige grachten gegraven, ter verdediging en voor de waterhuishouding. De huizen werden op een fundering van lange houten palen gebouwd die op de zandlaag onder de drassige bodemlaag steunden. De stad kreeg al snel een traditie van burgerlijk bestuur, met een belangrijke rol voor de vroedschap: een college van vooraanstaande burgers die de meeste bestuurders benoemden. Het stadsbestuur sloot zich in 1578 aan bij de opstand tegen Spanje (Alteratie), vooral vanwege handelsbelangen. Na de inname van Antwerpen door de Spanjaarden in 1585 kwamen veel Antwerpenaren, met hun handelsnetwerk, naar Amsterdam. Naast vele andere factoren speelden hun komst en die van Portugese joden een belangrijke rol in wat de Gouden Eeuw van Amsterdam en Holland wordt genoemd.

De bevolking van Amsterdam nam in die periode snel toe door een explosieve toestroom van buitenlanders. Omstreeks 1570 telde Amsterdam minder dan 30.000 inwoners, in 1622 was hun aantal gegroeid tot ruim 100.000. Tegen het einde van de 17e eeuw overschreed het inwonertal de 200.000 en behoorde Amsterdam met Londen, Napels en Parijs tot de grootste steden in Europa. De bevolkingsgroei maakte een grootschalige uitbreiding van de stad noodzakelijk, waaraan de concentrische grachtengordel met zijn koopmanshuizen en pakhuizen te danken is. "Het IJ voor Amsterdam met het fregat ‘De Ploeg’ ", schilderij van Ludolf Bakhuizen; omstreeks 1690. Daarna zwakte de groei van de stad af en omstreeks 1680 kwam een einde aan de bouwactiviteiten. Aan de oostkant van de Amstel was een overvloed aan bouwrijpe grond beschikbaar. Kavels werden uitgegeven aan liefdadigheidsinstellingen en de Plantage werd bestemd als wandelpark. Vanaf halverwege de 18e eeuw daalde het inwoneraantal weer, om circa 1815 een dieptepunt te bereiken met circa 140.000 inwoners.

voor volledige informatie in andere talen