Dag van de Arbeid

De Dag van de Arbeid is een feestdag van de socialistische en communistische arbeidersbeweging. De dag vindt in Nederland, België en Suriname elk jaar op 1 mei plaats. Andere landen wijken soms af van deze datum. In Europa is 1 mei in bijna alle landen een officiële feestdag, maar niet in Nederland. Katholieken vieren op deze dag het feest van Sint-Jozef als arbeider. Algemeen Aan de 1 meiviering als viering van de arbeidersbeweging ligt de invoering van de achturige werkdag ten grondslag. Alfred de Grote (848-899), koning van het Engelse Koninkrijk Wessex, verkondigde voor het eerst de gedachten over een evenredige etmaalverdeling. De eis om slechts acht uur per dag te werken werd in de 15e en 16e eeuw veelvuldig onder de Engelse ambachtslieden gehoord. Bij deze vieringen wordt nog vaak het strijdlied De Internationale ten gehore gebracht.

Frankrijk In Frankrijk kregen de mijnwerkers door Filips de Tweede de achturendag voorgeschreven. De pedagoog Comenius wees in de 17e eeuw op de opvoedkundige en vormende betekenis van een evenredige etmaalverdeling. Groot-Brittannië De sociaal bewogen ondernemer Robert Owen pleitte er in 1817 in Engeland voor om in werkplaatsen en fabrieken de achturige werkdag in te voeren. Hij beargumenteerde zijn eis door erop te wijzen dat acht uur werk en een goede organisatie van de arbeid een overvloed aan rijkdom voor allen kon scheppen en de nieuwste ontwikkelingen op technisch en chemisch gebied het niet meer noodzakelijk zouden maken om langer te werken dan acht uur.

Australië en de Verenigde Staten In Melbourne werden op 18 februari 1856 door werknemers en werkgevers voor het eerst overeengekomen de arbeidsdag te beperken tot acht uur, nadat bouwvakarbeiders het werk neer hadden gelegd. In 1864 werd in Boston de "Workingsmen's Convention" gesticht, waar Ira Steward pleitte voor een bij wet te regelen achturendag. In november 1884 nam de AFL-CIO een resolutie aan, waarin zij ervoor pleitte om vanaf 1 mei 1886 de wettelijke achturendag ingevoerd te krijgen. De keuze voor 1 mei was ingegeven door het feit dat in Noord-Amerika op die datum werd verhuisd en de arbeidscontracten op die datum vernieuwd werden (moving day). De Amerikaanse vakbondsfederatie (AFL-CIO) besloot in 1888 om voortaan op 1 mei jaarlijks te demonstreren voor de invoering van een achturige werkdag. Het voorstel werd in 1889 overgenomen op het eerste congres van de Tweede Internationale te Parijs. In Amerika zelf vond de 1 mei-demonstratie evenwel slechts eenmaal plaats, in 1890, waarna president Cleveland de viering verplaatste naar de eerste maandag in de maand september, om te vermijden dat 1 mei een herdenking van de rellen zou worden. Het doel was met de 1 meiviering de strijd voor de achturige werkdag te versterken. Op 1 mei 1890 vonden in veel landen de eerste vieringen plaats.

De Engelse tekenaar Walter Crane (1845-1915) maakte voor die bewuste 1 mei 1890 zijn tekening Labours May Day. In de Verenigde Staten werd de dag van de arbeid oorspronkelijk ook gepland op 1 mei, maar president Grover Cleveland verplaatste de viering naar de eerste maandag in de maand september, officieel om te vermijden dat 1 mei een herdenking van de Haymarket-affaire zou worden, maar men kan ook motieven tegen het socialisme achter dit besluit zien. De eerste maandag van september werd gekozen naar aanleiding van een parade die de Knights of Labour op 5 september 1882 in New York hadden georganiseerd.

Tijdens de 1 mei-optochten wordt eigenlijk de bloedige afloop van de staking van 3 mei 1886 in de McCormick-fabrieken in Chicago herdacht, waar er werd geijverd voor de achturige werkdag. Voor martelaren van Chicago is 1 mei synoniem voor arbeidersstrijd in de hele wereld, zoals werd besloten tijdens het Internationale Socialisten Congres "Socialistische Arbeiders-Internationale" congres van 1889 in Parijs. Dat symbool ligt aan de basis van de wetten rond weekendrust en de achturige werkdag en werd later, na de Tweede Wereldoorlog, een doorbetaalde vrije dag.

voor volledige informatie in andere talen