driekoningen

Driekoningen, Epifanie of Openbaring van de Heer (Solemnitas Epiphaniae Domini in het Latijn) is een christelijke feestdag die elk jaar op 6 januari wordt gevierd en waarop men de bijbelse gebeurtenis (Matt. 2:1-18) herdenkt van de wijzen uit het oosten die een opgaande ster zagen en daarop de koning der Joden gingen zoeken. Ze kwamen in Bethlehem en vonden daar Jezus, de pasgeboren koning der joden. Waarschijnlijk wordt hier gezinspeeld op het visioen van Bileam, de ziener in Moab die een ster uit Jacob zag opkomen (Numeri 24:17). De drie wijzen kregen namen. In het Grieks waren dat Apellius, Amerius en Damascus, in het Hebreeuws Galgalat, Malgalat en Sarathin, maar ze zijn bekend geworden onder hun gelatiniseerde Perzische namen Caspar, Melchior en Balthasar. Ze zouden respectievelijk 20, 40 en 60 jaar oud zijn geweest; getallen die de levenstijdperken van de volwassene symboliseren. In de katholieke liturgie in België en Nederland wordt het hoogfeest van de Openbaring van de Heer op de eerste zondag na 1 januari gevierd indien 6 januari op een werkdag valt. In veel Zuid-Europese landen is Driekoningen een vrije dag en wordt Driekoningen op de dag zelf gevierd. De Openbaring van de Heer is het eerste van drie feesten, samen met de doop van de Heer en de opdracht van de Heer in de tempel (2 februari), die thuishoren in de kerstcyclus, de tijd van Jezus' kindertijd en jonge jaren. De zogenaamde relikwieën van de Drie Koningen worden in een reliekschrijn bewaard in de dom van Keulen.

Oorsprong Het feest ontstond in de vierde eeuw in het oosters christendom en was oorspronkelijk bedoeld om de verschijning van de vleesgeworden Zoon van God op aarde te vieren (ἐπιφάνεια, epiphaneia is Grieks voor 'verschijning'). Daarbij werden de tekenen van Jezus' goddelijkheid herdacht: de geboorte uit de maagd Maria, het bezoek en de aanbidding door de wijzen uit het oosten, gebeurtenissen uit Jezus' jeugd en de doop van Jezus door Johannes de Doper. De Kerk van de Latijnse ritus vierde de geboorte van Jezus echter steeds op 25 december. Met de overname van het feest van de epifanie op 6 januari door de Latijnse Kerk werd daarom alleen de aanbidding der wijzen herdacht, waarmee de bekendmaking van Christus aan de wereld wordt gevierd. In de volgende Europese landen is het een officiële feestdag: Andorra, Cyprus, Duitsland (enkele deelstaten), Finland, Griekenland, Italië, Kroatië, Liechtenstein, Oostenrijk, Polen, Slovakije, Spanje, Zweden en Zwitserland (enkele kantons).[bron?] In de landen waar het geen vrije dag is, wordt het meestal de zondag het dichtst tegen 6 januari



Huiszegen (Christus Mansionem Benedicat) Driekoningen was vroeger – net zoals Pasen – traditioneel een doopdag. Ter herinnering aan de doop vindt met Driekoningen de wijding van het water plaats. Met dit wijwater kunnen huizen worden gezegend. Bij deze huiszegen schrijft men in vele landen met krijt de letters "C+M+B" op de deur, waarbij men hoopt alle kwaad op afstand te kunnen houden. Dit blijft dan op of naast de deur staan tot Pinksteren of langer. De letters staan voor de Latijnse zegenspreuk "Christus Mansionem Benedicat", dat betekent "Christus zegene dit huis". De letters verwijzen ook naar de initialen van Caspar, Melchior en Balthasar, de drie wijzen uit het oosten, die mede achtergrond geven aan dit gebruik. Zij zijn de eerste niet-Joden ('heidenen') aan wie Christus zich heeft geopenbaard. De gebruikelijke vorm is xx+C+M+B+yy, waarin voor 'xx' de eerste twee cijfers van het jaartal worden ingevuld en voor 'yy' de laatste twee cijfers. In 2008 staat er dan bijvoorbeeld: staat voor een kruisteken.

Driekoningenwater Het wijwater dat wordt gewijd tijdens de vigilie op de avond voor Driekoningen wordt driekoningenwater genoemd. Het wordt gezien als het meest krachtige wijwater. In Midden- en Oost-Europa wordt het gebruikt om alle ziekten te weren voor mens en dier, en om duivelse invloeden te neutraliseren. In de buitengewone Latijnse ritus van de katholieke kerk is de liturgie als volgt opgebouwd: na de Litanie van alle Heiligen bidt de priester de overwinningspsalmen 28, 45 en 146. Vervolgens het zogenaamde Exorcisme van de Heilige Michael en dan een Benedictus en een Magnificat. Na verdere zegeningen van zout en water wordt de wijding besloten met een Te Deum.

voor volledige informatie in andere talen